
De gemeente Westland heeft een duidelijke boodschap gericht aan demissionair minister David van Weel, waarin zij benadrukken dat er geen ruimte is voor de opvang van 635 asielzoekers. In een brief aan de minister maakt het gemeentebestuur helder dat zij van mening zijn dat er geen degelijke onderbouwing is voor dit aantal en dat er simpelweg geen plek is om zoveel extra opvang te organiseren.
De brief, die opgesteld is door het college van burgemeester en wethouders, is op 18 september 2025 verstuurd met als voornaamste doel om aan te geven dat Westland van mening is dat er eerst uitgebreider overleg moet plaatsvinden voordat er definitieve besluiten worden genomen over nieuwe aantallen.

Daarnaast benadrukt de gemeente het belang van de voortzetting van de samenwerking met het ministerie, ondanks de verschillende standpunten die zij innemen. Het is positief dat zowel de gemeente als het ministerie zich committeren aan het streven naar duurzame en structurele oplossingen.

Het aantal opvangplekken dat is opgelegd, is gebaseerd op de zogenoemde Spreidingswet, die ervoor zorgt dat opvangplekken eerlijk worden verdeeld over alle gemeenten in Nederland. Vanwege bezwaren van sommige gemeenten tegen de toegewezen aantallen, is de verdeling later aangepast.

Zo steeg de taakstelling van 617 naar 635 plekken, wat inhoudt dat er meer gemeenten betrokken zijn bij het bieden van opvang voor vluchtelingen. Het idee achter deze wet is dat alle gemeenten gezamenlijk bijdragen, zodat de druk niet te zwaar op slechts enkele regio’s komt te liggen en dat de verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld wordt over het gehele land.
Gemeenten die succesvol bezwaar maakten tegen hun taakstelling kregen soms als gevolg hiervan een lagere taakstelling toegewezen, wat tot gevolg had dat andere gemeenten juist meer opvang moesten realiseren. Voor Westland zorgt dit voor een extra zware opgave, aangezien zij nu meer vluchtelingen moeten opvangen dan oorspronkelijk gepland was.
De gemeente benadrukt dat zij op dit moment al een fors positieve impact heeft door de opvang van 2075 Oekraïense vluchtelingen in Westland. Daarnaast is er een grote populatie van meer dan 5000 arbeidsmigranten in de regio gevestigd, met nog eens 3000 extra woonplekken in voorbereiding om aan de behoeften van deze groep te voldoen.

Deze aantallen leggen een stevige druk op de toch al krappe woningmarkt, waardoor het college van mening is dat voorzieningen zoals scholen en gezondheidszorg hierdoor nog intensiever belast zullen worden.
Dit laat zien dat de gemeente al op verschillende gebieden aanzienlijke inspanningen levert en dat er tevens waardering is voor de manier waarop de lokale gemeenschap hier actief aan bijdraagt.
Westland wijst erop dat er de afgelopen jaren al veel is ondernomen op het gebied van huisvesting van statushouders. Sinds 2022 worden statushouders versneld gehuisvest, waarbij de gemeente zelfs een hotel heeft aangekocht om als opvanglocatie in te zetten.

In drie jaar tijd zijn er inmiddels al 450 statushouders ondergebracht, dankzij deze aanpak was het mogelijk dat Westland zijn eerdere verplichtingen tijdig kon nakomen en tegelijkertijd laat dit zien dat de gemeente bereid is te investeren in opvangvoorzieningen.
Tegelijkertijd geeft Westland aan dat er grenzen bestaan aan wat lokaal zelfstandig haalbaar is, en daarom vindt de gemeente dat dit onderdeel moet worden van het bredere landelijke gesprek om tot meer effectieve en duurzame oplossingen te komen.
Volgens het college houdt het ministerie onvoldoende rekening met deze bestaande verantwoordelijkheden, die al lang zijn vastgesteld en geïmplementeerd. Als gevolg hiervan zou de berekening van de opvangtaak niet goed aansluiten bij de feitelijke situatie van de instellingen die al belast zijn met specifieke taken en verantwoordelijkheden.

Westland is van mening dat de eerdere inspanningen serieus moeten worden genomen en meegenomen moeten worden bij de verdeling van middelen. Zonder deze erkenning lijkt het alsof alle gemeenten vanaf nul moeten beginnen, wat niet eerlijk is ten opzichte van de gemeenten die al verschillende stappen hebben gezet in het verleden.
Het gemeentebestuur heeft daarom besloten om een correctie te vragen op basis van reeds geleverde bijdragen, zodat er een meer accuraat en eerlijker beeld kan ontstaan van de inspanningen die tot op heden zijn geleverd.
Eerder gaf Westland zelf aan dat er 140 opvangplekken beschikbaar konden komen, maar dat aanbod staat nog steeds overeind, zij het onder bepaalde voorwaarden die moeten worden voldaan, zoals het garanderen van een veilige en hygiënische omgeving voor de bewoners, het afspreken van heldere gedragsregels en het regelen van voldoende begeleiding en ondersteuning voor de mensen die gebruik maken van de opvangplekken.

Er moeten heldere en duidelijke afspraken worden gemaakt over de financiële regelingen, veiligheidsvoorschriften en beschikbare faciliteiten in de directe omgeving van de opvanglocatie. Het is van essentieel belang voor de gemeente dat de opvang naadloos aansluit bij de lokale mogelijkheden en behoeften, om zo een effectieve en duurzame oplossing te bieden voor de betrokkenen.
Daarnaast speelt de betrokkenheid van bewoners een doorslaggevende rol bij het creëren van draagvlak voor initiatieven in Westland. De gemeente gelooft dat door vooraf duidelijke afspraken te maken met de bewoners, er meer begrip en steun kan ontstaan voor de plannen en beslissingen die worden genomen.
Naast de cijfers klinkt er ook een positieve, maar tegelijk kritische blik op het landelijke beleid. De regering is van plan om de Spreidingswet te herzien en tegelijkertijd het budget voor asielzaken aanzienlijk te verlagen.

Het voornemen om het budget te reduceren van 9,5 miljard euro in 2025 naar slechts 1,2 miljard euro in 2029 baart veel zorgen bij gemeenten die momenteel al moeite hebben om hun taakstelling te behalen.
Verscheidene gemeenten vrezen dat er zonder voldoende financiële steun vanuit de overheid te weinig opvanglocaties beschikbaar zullen komen voor kwetsbare groepen in de samenleving. In dit kader benadrukt Westland het belang van een evenwichtige verhouding tussen beleid en budget, aangezien beide elementen essentieel zijn om tot een duurzame en blijvende oplossing te komen voor de kwestie van opvang en ondersteuning.
Volgens de gemeente maakt deze forse verlaging het vrijwel onmogelijk om opvang structureel te regelen, aangezien het rijk vraagt om duurzame oplossingen maar tegelijkertijd zelf geld weghaalt, wat het college niet realistisch vindt.

Westland beschouwt dit als een zeer complexe en uitdagende situatie die de gemeenten veel moeite en middelen kost. Bovendien merken ook andere gemeenten dat hun capaciteit beperkt is en dat hun taken blijven toenemen.
Hierdoor groeit de spanning tussen de ambities en doelstellingen die op landelijk niveau worden gesteld en de daadwerkelijke uitvoering en implementatie van deze doelstellingen op lokaal niveau. In dit kader vindt Westland dat de rijksoverheid een actievere en meer ondersteunende rol zou moeten spelen om ervoor te zorgen dat de lokale overheden beter in staat zijn om de landelijke doelstellingen te realiseren.
Westland staat hierin niet alleen. In veel gemeenten lopen momenteel gesprekken over de uitvoering van de Spreidingswet. Terwijl sommige gemeenten nog midden in onderhandelingen zitten, geven anderen aan dat het aantal beschikbare plekken simpelweg niet haalbaar is.

De verdeeldheid tussen de verschillende provincies maakt het voor het rijk zeer ingewikkeld om een eenduidige nationale strategie daadwerkelijk uit te voeren. Desondanks hebben verschillende provincies al aangegeven dat zij bereid zijn om een bemiddelende rol te spelen.
Toch blijft de vraag hoe het rijk uiteindelijk tot een evenwichtige verdeling kan komen, waardoor dit onderwerp uitgebreid wordt besproken binnen de landelijke politiek om tot een passende oplossing te komen.
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) waarschuwt al geruime tijd dat er niet genoeg plekken beschikbaar zijn om de toenemende instroom van asielzoekers adequaat op te vangen. Als gemeenten hun verantwoordelijkheid niet serieus nemen, bestaat zelfs de mogelijkheid dat de opvang deze herfst tekort zal schieten.

Het COA dringt daarom sterk aan op nauwe samenwerking tussen het rijk en gemeenten, aangezien zij geloven dat alleen door middel van deze samenwerking een duurzame en houdbare oplossing mogelijk is.
Zonder gezamenlijke inspanning dreigt er een structureel tekort aan opvangplekken te ontstaan, wat ernstige gevolgen kan hebben voor de doorstroming van mensen naar passende huisvesting, zo benadrukt het COA.
De verantwoordelijkheid voor het toewijzen van verblijfplaatsen aan vluchtelingen ligt nu bij het ministerie van Asiel en Migratie, terwijl de gemeente Westland ondertussen vasthoudt aan de 140 plekken die zij zelf als realistisch acht voor het opvangen van deze mensen.

Of dat voldoende zal zijn om een conflict met Den Haag te vermijden, blijft voorlopig onduidelijk, aangezien het ministerie moet beslissen of er nog aanpassingen in de verdeling komen. De situatie blijft dus voorlopig onzeker en het is afwachten welke beslissing het ministerie zal nemen om eventuele verdere conflicten te voorkomen.
Tot die tijd blijft de situatie onzeker voor zowel de gemeente als de inwoners, aangezien er nog geen definitieve beslissing is genomen over de kwestie. Het is afwachten of er de komende maanden een werkbaar compromis bereikt kan worden, waarbij rekening wordt gehouden met de belangen en wensen van alle betrokken partijen.




