Drone-incident bij kerncentrale Doel: Veiligheidsexperts en politie onderzoeken mogelijke overtreding van no-flyzone
Drone-incident bij kerncentrale Doel: Veiligheidsexperts en politie onderzoeken mogelijke overtreding van no-flyzone
DOEL – In de nacht van donderdag op vrijdag werd melding gemaakt van een mogelijke overtreding van de no-flyzone boven de kerncentrale van Doel. Volgens de eerste berichten zou een drone in de verboden luchtzone hebben gevlogen, wat tot onmiddellijke aandacht leidde van de autoriteiten en veiligheidsdiensten. Hoewel de centrale zelf geen drones heeft waargenomen, registreerde de scheepvaartpolitie meerdere meldingen van vliegende apparaten boven het terrein.
Nele Scheerlinck, woordvoerster van Engie, het bedrijf dat de kerncentrale beheert, benadrukte dat de interne beveiliging van de centrale geen drones detecteerde in de directe omgeving van de site. “Onze beveiligingssystemen zijn zeer geavanceerd en tot op heden is er geen bewijs dat een drone daadwerkelijk boven de kerncentrale vloog,” aldus Scheerlinck. Toch erkent ze dat elke melding van een drone serieus moet worden genomen, gezien de risico’s die onbemande luchtvaartuigen kunnen vormen voor nucleaire installaties.
Het incident trok de aandacht van burgemeester Marc Van de Vijver van de gemeente Beveren, waar de centrale ligt. Hij wilde geen definitieve uitspraken doen over de meldingen, maar benadrukte dat de politie alle rapporten nauwgezet registreert en onderzoekt. “Het is belangrijk dat we voorzichtig omgaan met dit soort situaties. Veiligheid heeft absolute prioriteit,” zei Van de Vijver.
Volgens de scheepvaartpolitie werden vanavond in totaal zeven drones waargenomen in de omgeving van Doel. Het is nog onduidelijk of alle meldingen daadwerkelijk betrekking hadden op een schending van de no-flyzone, of dat het om toestellen ging die zich op legale afstand van de kerncentrale bevonden. De politie onderzoekt momenteel de vluchtpaden en probeert vast te stellen wie de apparaten bestuurde en met welk doel.
Dronevliegen boven nucleaire installaties is in België strikt verboden. Deze no-flyzones zijn ingesteld om potentiële veiligheidsrisico’s te minimaliseren en om te voorkomen dat onbevoegden gevoelige infrastructuur kunnen filmen of verstoren. Een overtreding van deze regelgeving kan zware sancties met zich meebrengen, waaronder boetes en mogelijk strafrechtelijke vervolging.

Experts wijzen erop dat drones een onverwacht risico kunnen vormen voor kerncentrales. “Zelfs een kleine drone kan bij een botsing schade veroorzaken aan gevoelige apparatuur of noodsituaties uitlokken,” zegt veiligheidsexpert Thomas Jansen. Hij benadrukt dat het detecteren en snel reageren op dergelijke incidenten cruciaal is. In dit geval lijkt het erop dat de centrale geen directe dreiging heeft ervaren, maar de meldingen worden toch uiterst serieus genomen.
De Belgische overheid werkt nauw samen met operatoren van nucleaire centrales, de politie en luchtvaartautoriteiten om toezicht te houden op de luchtvaart rond gevoelige installaties. In recente jaren zijn meerdere incidenten van illegale dronevluchten bij nucleaire en industriële sites gemeld, wat leidde tot strengere regels en verbeterde detectiesystemen.
Voorlopig blijft de situatie rond Doel in onderzoek. Politie en veiligheidsdiensten analyseren camerabeelden, radarinformatie en meldingen van getuigen om vast te stellen of de no-flyzone daadwerkelijk werd overtreden en door wie. Bewoners van de omgeving werden gevraagd alert te blijven en verdachte drones direct te melden bij de autoriteiten.
Engie benadrukt dat de centrale normaal blijft functioneren en dat er geen direct gevaar is geweest voor personeel of de omgeving. “Onze systemen werken zoals voorzien en de situatie wordt nauwlettend in de gaten gehouden,” aldus Scheerlinck. De autoriteiten roepen tegelijkertijd het publiek op om niet zelf in te grijpen, maar meldingen via de officiële kanalen door te geven.
Dit incident herinnert aan de voortdurende uitdaging om technologie en veiligheid te combineren. Terwijl drones steeds toegankelijker worden voor het grote publiek, blijft het essentieel dat gevoelige locaties beschermd worden tegen ongeautoriseerde toegang vanuit de lucht.




