„Er zijn wel meer incidenten dan vier jaar geleden“ – Vrijwilligers van GroenLinks‑PvdA merken verharde sfeer op straat
Haarlem – Het is verkiezingstijd en de vrijwilligers van de politieke partijen staan weer massaal op straat om flyers te verspreiden en in gesprek te gaan met kiezers. Voor de afdelingsvoorzitter van GroenLinks‑PvdA in Haarlem, Daan Keiner (34), is duidelijk: de maatschappelijke toon is harder geworden. “Er zijn wel meer incidenten dan vier jaar geleden,” zegt hij.
Keiner is sinds drie jaar afdelingsvoorzitter en trok onlangs met de campagneploeg een middag de wijk in om huis aan huis te gaan. Wat opviel: deuren die direct dichtgeslagen worden, scheldpartijen aan de deur, en in enkele gevallen zelfs fysieke aanrakingen na het stellen van een open vraag. Vrijwilligers vertellen dat ze steeds vaker merken dat de sfeer op straat gespannen is – en dat gewone campagneactiviteiten kunnen uitlopen op onverwachte confrontaties.

Voorbeelden van de verharding
Volgens Keiner heeft hij al meerdere keren ervaren hoe het werkt: je staat op de stoep, vraagt mensen of ze interesse hebben in een gesprek of een folder, en ineens lijkt het alsof je een irritatie oproept. “Een deur in je gezicht krijgen, iemand die je uitmaakt voor iets waardoor je denkt: waar ging dit nou over?” zegt een vrijwilliger. Een ander geeft aan dat hij net op tijd kon weggaan toen hij zag dat iemand zich fysiek op hem richtte.
In gesprekken met bewoners hoort de campagneploeg naast inhoudelijke discussies ook regelmatig verwijten richting de politiek, naar vluchtelingen, naar klimaatmaatregelen – vaak met elementen van boosheid of wantrouwen. Het huis‑aan‑huis voeren blijft belangrijk, benadrukt Keiner, want “je laat toch zien dat politiek iets is wat bij mensen thuis begint.” Maar het wordt steeds duidelijker dat die benadering meer risico’s kent.

Reflectie op politiek en samenleving
De waarnemingen uit Haarlem sluiten aan bij landelijke signalen: ook in andere steden merken vrijwilligers dat het uitnodigen tot gesprek op straat minder vanzelfsprekend is. In een uitzending van AVROTROS zei een medewerker van GroenLinks‑PvdA in Apeldoorn dat hij zich zorgen maakt over wat hij noemt “een verharde sfeer” tijdens het flyeren. Vrijwilligers worden vaker geconfronteerd met agressieve online reacties én agressie aan de deur.
Politieke campagne‑activiteiten hebben traditioneel een verbindende functie: je toont aan dat politiek niet alleen in de Kamer gebeurt, maar bij mensen thuis begint. Als die opstap naar gesprek door angst of agressie wordt belemmerd, is daar volgens experts reden tot zorg. “Vrijwilligers die zich terughoudend opstellen of bang worden voor confrontatie – dat is een donker signaal voor de democratische cultuur,” aldus een voormalig campagnemanager.
De campagnepraktijk onder druk
Voor deze verkiezingsronde betekent dit voor GroenLinks‑PvdA dat er extra aandacht is voor de veiligheid van vrijwilligers. Er is overleg binnen de partij over protocollen: wat te doen bij confrontatie, wanneer afbreken. Keiner: “We willen mensen niet blootstellen aan onnodige risico’s, maar we willen ook niet het huis‑aan‑huis stoppen. Het is een balans.”
Hij verwijst naar de voorbeelden van deuren die dichtklapten of gesprekken die abrupt eindigden – “dat je het voelt: hier is iets veranderd.” Voor buurtbewoners geldt dat huisbezoeken door campagneploegen even vanzelfsprekend zijn als reclame‑folders. Maar als de sfeer verandert, raakt het niet alleen de zenders – ook de ontvangers voelen dat.

Slotbeschouwing
In Haarlem en waarschijnlijk ook in andere steden is het duidelijk: campagnevoeren zoals voorheen is iets kwetsbaarder geworden. De balans tussen degelijk gesprek en veiligheid is minder vanzelfsprekend. Voor GroenLinks‑PvdA‑vrijwilligers luidt de boodschap: blijven gaan, maar met de ogen open. Want in een tijd van verhard discours is elke deur een kans – én een uitdaging.




