Motorrijder verongelukt door roodrijder in Breda, maar bestuurder (26) uit Etten-Leur hoeft niet naar de cel
De zaak rond het dodelijke verkeersongeval op de Konijnenberg in Breda heeft opnieuw veel emoties losgemaakt. Een 26-jarige automobilist, die in 2023 een 61-jarige fietser dodelijk aanreed, hoorde deze week zijn straf. Hoewel de rechtbank hem schuldig bevond aan schuld aan een verkeersongeval met dodelijke afloop, krijgt de man geen gevangenisstraf opgelegd. De uitspraak leidde tot verhitte reacties, vooral omdat zijn verklaring over het ongeval volgens de rechtbank niet strookt met de feiten.
“Verblind door de zon” – maar volgens de rechtbank onmogelijk
Direct na het ongeluk verklaarde de bestuurder dat hij op het moment van de aanrijding verblind was door de laagstaande zon. Daardoor zou hij de overstekende fietser pas op het allerlaatste moment hebben gezien. De rechtbank onderzocht die verklaring uitvoerig, onder meer door middel van meteorologische gegevens, camerabeelden en een reconstructie van het ongeval.
Uit dat onderzoek bleek dat de zon op het moment van de crash volgens de rechtbank niet zó stond dat de bestuurder erdoor verblind kon zijn. Ook uit positionering van schaduwen en weersomstandigheden bleek dat zijn zicht niet zodanig beperkt kon zijn geweest dat het slachtoffer volledig buiten beeld zou zijn gebleven.
Die conclusie weegt zwaar, omdat de automobilist volhield dat hij niets aan het ongeval kon doen. De rechtbank oordeelde echter dat hij onvoldoende oplettend is geweest en dat zijn rijgedrag – met een te hoge snelheid en te weinig anticipatie – direct heeft bijgedragen aan het dodelijke gevolg.
Toch geen gevangenisstraf
Uit het vonnis blijkt dat de rechtbank weliswaar sprake zag van aanmerkelijke schuld, maar dat een gevangenisstraf volgens de rechters niet opportuun is. De 26-jarige verdachte kreeg in plaats daarvan:
-
een taakstraf van 240 uur (het wettelijke maximum),
-
een voorwaardelijke rijontzegging,
-
én een proeftijd, waarin hij zich aan strikte voorwaarden moet houden.
De rechtbank benadrukte dat de man niet eerder met justitie in aanraking is geweest, dat hij direct na het ongeval hulp heeft verleend en dat hij zichtbaar worstelde met de gevolgen van zijn daden. Volgens de rechters zou een celstraf weinig toevoegen aan verwerking en gedragsverbetering.
Ook telt mee dat het slachtoffer, een 61-jarige man uit Breda, geen enkel verwijt trof: hij stak correct over, was goed zichtbaar en handelde volgens de verkeersregels.
Impact op nabestaanden: ‘Het voelt alsof zijn leven minder waard was’
Voor de nabestaanden van het slachtoffer komt de uitspraak hard aan. Tijdens de zitting sprak de dochter van het slachtoffer een emotionele verklaring uit. Ze vertelde hoe haar vader dagelijks dezelfde route fietste en hoe het gezin sindsdien met een groot gemis leeft.
Volgens de familie voelt het alsof de rechtbank onvoldoende rechtdoet aan het verlies van hun dierbare. “We begrijpen dat de verdachte niet met opzet heeft gehandeld,” zei een familielid, “maar het blijft onverteerbaar dat iemand een leven kan afnemen en dan geen dag de cel in hoeft.”
Ongeluk vol vragen
Het ongeval gebeurde op een druk verkeerspunt op de Konijnenberg, waar automobilisten regelmatig klagen over drukte en onoverzichtelijke situaties. Uit het onderzoek blijkt echter dat er op de dag van het ongeluk geen sprake was van extreem druk verkeer, slecht zicht of gevaarlijke omstandigheden.
De auto van de verdachte reed volgens rapportages rond de 60 km/u, op een plek waar 50 is toegestaan. De rechtbank noemt dat “niet extreem hard”, maar in combinatie met het gebrek aan alertheid wel degelijk een factor die het ongeluk mede mogelijk maakte.
Een forensisch expert verklaarde dat de bestuurder, als hij normaal had geanticipeerd, “hoogstwaarschijnlijk tijdig had kunnen remmen”.
Bestuurder zichtbaar aangeslagen
De verdachte liet in de rechtszaal weten dat hij het ongeluk “elke dag opnieuw beleeft” en dat hij zich verantwoordelijk voelt voor het verlies dat de nabestaanden lijden. Volgens zijn advocaat blijft de man kampen met psychische klachten en schuldig gevoel.
Hoewel de rechtbank erkent dat hij de gevolgen moeilijk draagt, benadrukte zij dat dit niet wegneemt dat hij tekortschietend heeft gehandeld.
Waarom geen celstraf? De afweging van de rechtbank
De keuze voor een taakstraf in plaats van een gevangenisstraf komt voort uit:
-
Persoonlijke omstandigheden – geen strafblad, meewerkend en zichtbaar aangeslagen.
-
Aard van het delict – sprake van schuld, maar niet van roekeloosheid of opzet.
-
Recidiverisico – volgens gedragsrapportages zeer laag.
-
Maatschappelijk belang – taakstraf heeft volgens de rechtbank meer effect dan een korte celstraf.
De rechtbank benadrukte dat de straf niet bedoeld is als compensatie voor het verlies, maar als juridische beoordeling van het rijgedrag van de verdachte.
Discussie over verkeersveiligheid laait weer op
Het vonnis heeft een nieuwe discussie aangewakkerd over verkeersveiligheid en strafmaat bij dodelijke ongevallen. Voorstanders van strengere straffen vinden dat bestuurders te gemakkelijk wegkomen, terwijl anderen stellen dat ongelukken – hoe tragisch ook – niet altijd gevangenisstraffen moeten betekenen.
Het onderzoek is afgesloten, maar de pijn blijft
Met de uitspraak komt er juridisch een einde aan de zaak, maar voor alle betrokkenen blijft het verlies voelbaar. De nabestaanden proberen de draad weer op te pakken, terwijl de verdachte moet leven met de gevolgen van één moment van onoplettendheid dat een leven kostte.




