Ook déze gemeente zegt keihard ‘nee’ tegen komst asielzoekers: “Wij doen hier niet aan mee!”
De discussie over asielopvang laait opnieuw op in Nederland, en dat is niet zonder reden.

Terwijl het Rijk probeert de druk eerlijk te verdelen via de spreidingswet, raken steeds meer gemeenten verstrikt in meningsverschillen over verantwoordelijkheid, draagvlak en timing.
In Kennemerland is dat conflict nu pijnlijk zichtbaar. Zandvoort heeft besloten om tijdelijk te stoppen met de zoektocht naar opvangplekken, en dat besluit zet de samenwerking binnen de regio op scherp.
Wat hier speelt, is meer dan een lokaal incident. Het laat zien hoe complex de verhouding is tussen politiek, beleid en realiteit. Gemeenten willen hun inwoners serieus nemen, maar moeten tegelijk voldoen aan landelijke afspraken. En ondertussen blijft de druk op de opvangketen onverminderd hoog.
Wat er speelt in Kennemerland
In Kennemerland werken acht gemeenten samen om gezamenlijk opvanglocaties te vinden voor asielzoekers.
Het idee achter die samenwerking is simpel: wie de lasten deelt, voorkomt overbelasting van één plek. Maar Zandvoort trapt nu op de rem. De gemeente wil wachten op duidelijkheid van het nieuwe kabinet over de uitvoering van de spreidingswet.
De andere gemeenten zien dat als een breuk met de afspraken. Zij vinden dat Zandvoort zijn verantwoordelijkheid ontloopt en weigeren de opvang van 94 mensen over te nemen. Dat zorgt voor wrijving, want het plan was juist bedoeld om de druk gezamenlijk te dragen.
Als één gemeente zich terugtrekt, schuift het probleem automatisch door naar de buren.
De juridische en morele discussie
Zandvoort beroept zich op de letter van de wet. Volgens de gemeente is er geen sprake van een schending, omdat de spreidingswet nog niet volledig van kracht is.
Juridisch klopt dat misschien, maar moreel ligt het anders. De andere gemeenten vinden dat Zandvoort de geest van de afspraken schendt door af te wachten in plaats van te handelen.
Die tegenstelling maakt duidelijk hoe kwetsbaar de samenwerking is. Regionale afspraken zijn gebouwd op vertrouwen, niet alleen op wetten.
Zodra één partij dat vertrouwen schendt, komen ook andere samenwerkingen – over woningbouw, infrastructuur of zorg – onder druk te staan.
Politieke druk en lokale realiteit
Het besluit van Zandvoort past in een bredere trend: gemeenten voelen zich klem tussen Haagse politiek en lokale weerstand.
In Den Haag klinkt steeds vaker de roep om strengere asielmaatregelen en lagere instroom. Tegelijk zijn er nog steeds duizenden mensen die onderdak nodig hebben.
Dat spanningsveld maakt bestuurders nerveus. Ze weten dat een beslissing over opvang direct invloed heeft op het draagvlak onder inwoners. Toch verandert politieke retoriek niets aan de realiteit: zonder opvangplekken blijven mensen letterlijk op straat staan.
Lokale bestuurders vragen zich af: moeten we wachten op nieuwe regels, of doen we wat nu nodig is? In Kennemerland heeft Zandvoort gekozen voor het eerste, de rest van de regio voor het tweede.

Waarom dit iedereen raakt
Hoewel het debat zich nu afspeelt in Kennemerland, is de kwestie nationaal herkenbaar. Of je nu in Haarlem, Heemskerk of Enschede woont: de opvang van asielzoekers heeft invloed op jouw buurt, jouw belastinggeld en jouw gevoel van veiligheid.
Als gemeenten afspraken niet nakomen, moeten anderen inspringen met noodoplossingen. Die zijn duurder en minder goed georganiseerd. Bovendien tast het het vertrouwen in bestuur aan. Burgers vragen zich af waarom hun gemeente wel moet leveren, terwijl anderen wegkomen met stilzitten.
De kernvraag is dus niet of er opvang moet zijn, maar hoe eerlijk de verdeling is. De spreidingswet probeert daar antwoord op te geven, maar zolang die niet wordt gehandhaafd, blijft het een kwestie van vrijwilligheid.
De kracht van regionale samenwerking
Samenwerking tussen gemeenten is essentieel, maar ook kwetsbaar. Als één partij uitstapt, voelt iedereen dat effect. In Kennemerland betekent het vertrek van Zandvoort dat andere gemeenten minder vertrouwen hebben in toekomstige afspraken.
De voorzitter van het regionale overleg, de burgemeester van Haarlem, noemt het “zorgelijk maar niet onherstelbaar”. Toch zegt hij dat er alleen kan worden samengewerkt met gemeenten die willen bijdragen. Wie niet meedoet, kan later altijd weer instappen, maar mag niet het tempo bepalen voor de rest.
Het is een harde lijn, maar misschien wel noodzakelijk. In crisissituaties is besluitvaardigheid belangrijker dan consensus. De opvangcrisis vraagt om doeners, niet alleen praters.
De menselijke kant van draagvlak
Los van wetten en afspraken draait het uiteindelijk om mensen. Draagvlak voor asielopvang ontstaat niet door politieke speeches, maar door duidelijkheid en betrokkenheid. Bewoners willen weten wat er gebeurt, wie er komt en hoe lang het duurt.
Als gemeenten daar open over zijn, ontstaat begrip. Maar als informatie ontbreekt, groeien de zorgen. Anonimiteit en onduidelijkheid zijn de grootste vijanden van draagvlak.
Goede communicatie is daarom geen bijzaak, maar een basisvoorwaarde. Een buurt die zich gehoord voelt, accepteert meer dan een buurt die overvallen wordt door beslissingen. Kleine opvanglocaties verspreid over meerdere gemeenten werken vaak beter dan één grote, anonieme voorziening. Het is sociaal slimmer, logistiek haalbaarder en minder polariserend.
Tien inzichten voor mannen met mening
-
Afspraak is afspraak. Regionale samenwerking werkt alleen als iedereen levert wat is afgesproken.
-
Uitstel kost geld. Hoe langer je wacht, hoe duurder noodopvang wordt.
-
Politiek is geen toverstaf. Een nieuw kabinet lost niet morgen de opvangproblemen op.
-
Draagvlak maak je samen. Transparantie en communicatie zijn belangrijker dan slogans.
-
Veiligheid is organisatie. Duidelijke regels en handhaving werken beter dan stoere uitspraken.
-
Spreiding voorkomt overlast. Meerdere kleine locaties zijn socialer en effectiever dan één groot centrum.
-
Laat cijfers spreken. Feiten kalmeren emoties beter dan meningen.
-
Reputatie telt. Gemeenten die afspraken nakomen, krijgen later steun bij andere projecten.
-
Menselijke maat houdt rust. Snelle integratie via school, sport en taal voorkomt frustratie.
-
Tijdelijkheid moet écht tijdelijk zijn. Heldere einddata maken plannen geloofwaardig.
De spreidingswet in de praktijk
De spreidingswet is bedacht om de druk eerlijk te verdelen over alle gemeenten. In theorie zou dat ervoor zorgen dat niemand overbelast raakt.
In de praktijk blijkt het echter moeilijk om dat af te dwingen. Gemeenten hebben uiteenlopende prioriteiten, politieke kleuren en financiële situaties.
Zandvoort zegt dat het wachten op Den Haag nodig is, maar volgens andere bestuurders is dat vooral een manier om tijd te rekken. De spreidingswet is immers al aangenomen, en het principe is duidelijk: samen de schouders eronder.
Zolang de uitvoering mistig blijft, ontstaan er meer situaties zoals in Kennemerland.
De wet kan pas werken als het Rijk helder aangeeft wat de consequenties zijn voor gemeenten die weigeren. Zonder duidelijke handhaving blijft solidariteit afhankelijk van goodwill.
Kansen en risico’s voor de regio

De regio Kennemerland staat nu op een kruispunt. Gaat men door met een kleinere groep gemeenten die willen leveren, of blijft men steken in eindeloos overleg? De eerste optie vraagt lef, de tweede leidt tot stilstand.
De keuze van Zandvoort om te pauzeren, is begrijpelijk vanuit bestuurlijke voorzichtigheid, maar risicovol voor de samenwerking. Gemeenten die wel actie ondernemen, willen niet worden tegengehouden door twijfelaars. Daarom kiezen ze ervoor om door te gaan, met of zonder Zandvoort.
Dat is confronterend, maar soms nodig. Later kan de gemeente alsnog terugkeren in het overleg – mits er een concreet plan ligt en de bereidheid om verantwoordelijkheid te nemen.
Wat dit debat laat zien
De situatie in Kennemerland is een spiegel voor de rest van Nederland. Het laat zien dat samenwerking niet vanzelfsprekend is, en dat politieke onzekerheid lokale besluitvorming verlamt. Tegelijk bewijst het dat daadkracht loont: gemeenten die doorgaan, houden grip op hun eigen toekomst.
Voor inwoners is de boodschap helder: bemoei je ermee. Ga naar inspraakavonden, stel vragen en baseer je mening op feiten. Wie de cijfers kent, praat sterker aan de keukentafel dan wie alleen schreeuwt op sociale media.
Draagvlak is geen vanzelfsprekendheid, het is onderhoud. Net als bij je auto: als je nooit een beurt geeft, sta je op een dag stil. Dat geldt voor bestuurders, burgers en gemeenten evenzeer.
De asielcrisis vraagt niet om perfecte politiek, maar om eerlijke samenwerking. En die begint met doen wat je belooft – ook als het ongemakkelijk is.




